Spring naar de inhoud
Keer terug naar Nieuws

Maximaal 13 weken opzeggingstermijn bij elke opzegging door werknemer

Vanaf 28 oktober 2023 zullen nieuwe opzeggingstermijnen gelden bij opzegging van de arbeidsovereenkomst door de werknemer. 

In alle situaties zal de opzeggingstermijn die de werknemer moet respecteren bij het opzeggen van zijn arbeidsovereenkomst dan maximaal 13 weken bedragen.

De opzeggingen die vanaf 28 oktober 2023 door de werknemer aan de werkgever ter kennis worden gebracht, zullen voortaan als volgt berekend worden:

AnciënniteitOpzeggingstermijnAnciënniteitOpzeggingstermijn
0 maanden1 weken2 jaar6 weken
3 maanden2 weken4 jaar7 weken
6 maanden3 weken5 jaar9 weken
12 maanden4 weken6 jaar10 weken
18 maanden5 weken7 jaar12 weken
  Vanaf 8 jaar13 weken

De berekening van de opzeggingstermijn wordt dus opmerkelijk eenvoudiger, als een werknemer zelf ontslag neemt:

  • Er zal niet langer een onderscheid gemaakt worden tussen anciënniteit verworven voor 1 januari 2014 en anciënniteit verworven vanaf 1 januari 2014. Bij werknemers die in dienst waren voor 1 januari 2014 zal er dus geen berekening van de opzeggingstermijn meer in twee delen gebeuren.
  • Als het een bediende betreft, is het bovendien irrelevant hoeveel zijn jaarloon bedroeg op 31 december 2013, alhoewel dit voordien wel een impact had op de berekening.           
  • Dit principe geldt voor alle werknemers (arbeiders en bedienden).
  • Het resultaat wordt uitsluitend in weken uitgedrukt. 

Deze nieuwe regels zullen uiteraard een zekere impact hebben op de werkgever, gezien de nieuwe berekeningswijze bij ontslag door de werknemer een invloed heeft op de duur van de opzeggingstermijn die de werknemer moet presteren bij zijn werkgever.

De opzeggingstermijnen die een werkgever moet respecteren wanneer hij de arbeidsovereenkomst van een werknemer beëindigt blijven daarentegen wel ongewijzigd.

***

Voor verdere informatie of assistentie inzake de berekening van opzeggingstermijnen, kan je steeds terecht bij Laurius’ Employment team.